zondag 12 juli 2009

Kinderen

I secretly hope I can’t have children so I have a reason to adopt


Ze waren al jaren samen. Tienerliefde. Hij had haar op een klassenavond gevraagd om met hem te schuifelen, zij was al jaren verliefd op hem. Die avond schuifelden ze. Ze kregen verkering. Gingen in de zomer samen met vrienden op vakantie, studeerden in dezelfde stad, werden lid van dezelfde toneelvereniging, en gingen na hun studies samenwonen. Eerst in haar studentenkamer, toen haar huisgenote wegging. Twee jaar later in hun eerste koophuis, vlakbij het park. Haar vrienden hadden geholpen met verhuizen.
Toen ze zestien was. Het was eigenlijk allemaal geleidelijk aan gegaan. Ze was tot over haar oren verliefd op hem. Hij was een jaar ouder, maar bleef zitten en kwam in haar klas terecht. Hij was stoer, rookte en durfde wat de jongens waarmee ze in de brugklas had gezeten niet durfden. Hij ging in zijn eentje op vakantie naar Parijs, las boeken die niemand anders las en kende gedichten uit zijn hoofd.
Toen ze twintig was begon hij ’s ochtends met een joint in plaats van een sigaret. Hij hing ’s avonds met zijn vrienden in de kroeg tot laat. Hij studeerde filosofie en praatte uren over vage theorieën die hij tijdens het blowen had verzonnen. Hij was de mooiste jongen van de vereniging. Hij huurde een hotelkamer in de stad voor haar verjaardag, hij nam haar in een steegje tijdens Koninginnedag.
Toen ze vierentwintig was stopte hij met zijn studie. Zij was net afgestudeerd, psychologie, en had een baantje gevonden bij het Mentrum. Hij lag tot laat in bed en sprak met vage vrienden af die hij uit de kroeg kende. Zijn vrienden was hij uit het oog verloren. Hij wilde een boek schrijven en zat maanden achter een oude computer zinnen te schrijven om ze vervolgens weer te wissen. Hij had vage bijbaantjes, waar hij steeds ontslagen werd. Hij kon heerlijk koken, hij hield van wandelen in de natuur en hij had een motor waarmee ze ieder weekend op pad gingen.
Toen ze achtentwintig was had hij net honderdduizend exemplaren van zijn boek verkocht. Zij was leidinggevende bij het Mentrum, maar was op zoek naar een nieuwe uitdaging. Hij had interviews, sprak met uitgevers over een tweede roman en een dichtbundel. Hij kwam zelfs op televisie. Hij trakteerde haar op etentjes in de beste restaurants, ging met haar winkelen in Rome, vloog met haar naar Thailand voor een tocht door het oerwoud en vroeg haar daar ten huwelijk.
Toen ze tweeëndertig was zocht ze naar het juiste behang voor de slaapkamer. Hij vond alles best. Was druk bezig met het schrijven van zijn derde roman, ontwikkelde een programma voor de VARA en werkte als freelancer bij verschillende programma’s. Hij kon niet meer over straat zonder herkend te worden. Hij wilde met haar oud worden, hij vond haar nog steeds de mooiste en de leukste en hij wilde heel graag een kind met haar.
Toen hij dat tegen haar zei, leek het alsof haar hart bevroor. Ze wist dat dit moment zou komen. Hij had geen idee dat zij al lang weg was. Hij wist niet dat zij al jaren gelden zichzelf had terug getrokken uit hun relatie. Hij leefde al die tijd in zijn eigen illusie. Zij hoopte dat ze niet zwanger kon worden, want ze wilde geen kinderen met hem delen. Ze droomde al jaren van verre landen, waar kleine kinderen met grote ogen zaten te wachten op haar liefde. Ze wilde zich verbinden aan een kind van een ander, en niet aan hem door een kind van henzelf. Ze was doodmoe van zijn verhalen, zijn boeken, zijn succes. Ze wilde andere gedichten horen dan die, die in zijn hoofd zaten. Ze wilde weg van de decadentie, de luxe en de overdaad. Ze wilde zelf succesvol zijn. Betekenis hebben. Niet om wat ze verzon, maar om wat ze werkelijk deed. Ze wilde alles wat het leven te geven had. Behalve zijn kind. Behalve hem

Geen opmerkingen:

Een reactie posten